Update 1 juni 2015: Rhinofly heet nu Kaliber - dezelfde mensen, maar een nieuwe richting en filosofie. Lees er alles over op hun eigen website.

Een zithoek met een gammele piano en een huilend zigeunerjongetje. Een flinke miniramp met skateboards. Een groen gevulde broeikas als vergaderruimte. Je verwacht het niet wanneer je buiten het gebouw van Rhinofly staat, tussen de grijze consultancykantoren op bedrijventerrein Papendorp.

“Het kantoor was eerst veel saaier, hoor,” zegt Nicoline Wouterlood, front-end webdeveloper bij Rhinofly. “Pas sinds een half jaar zijn we echt iets met de inrichting gaan doen.” Uitgangspunt daarbij was de liefde voor hout van directeur Ronald van Schaik. “Hij houdt ook van ruimte om op de muur te kunnen schrijven en plakken; we doen veel scrum.” Ze wijst op de muur in een vergaderruimte, die beschilderd is met magnetische whiteboardverf. Je kunt schrijven, plakken én magnetische PostIts gebruiken.

En zo zijn er meer slimmigheidjes in het gebouw. “We hebben verrijdbare bureaus,” zegt Charlotte de Hilster, user experience expert. “Voor een nieuwe klus rol ik gewoon mijn bureau naar het technische team waar ik een paar weken mee ga werken.” Rhinofly is duidelijk ingericht op flexibele samenwerking – ook met de klant, want die komt regelmatig op bezoek voor demo's. Een van de belangrijkste opdrachtgevers, Werken voor Nederland, zit zelfs een dag per week bij Rhinofly om mee te werken aan de site.

Semi-scrum – soms zonder projectmanager

Bij Rhinofly werken 47 collega's – 10 vrouwen – samen aan grote en kleinere projecten. Nicoline: “Op een stuk of drie grote projecten zitten fulltime teams. Werken voor Nederland, maar ook bijvoorbeeld supermarktketen PLUS. We zijn erg goed in arbeidsmarktcommunicatie voor de overheid, en dan vooral in het deel dat je niet ziet – zoals een zelfgebouwd overheidsbreed systeem voor het invoeren van vacatures.” Daarbij werken de teams volgens scrum – maar ook 'semi-scrum'. Nicoline: “Zelfs bij een kort project, bijvoorbeeld anderhalve maand, geven we toch drie demo's. Dat houdt iedereen betrokken, ook opdrachtgevers.”

Ook buiten demo's is er veel contact met klanten – meer dan vroeger, in elk geval. Nicoline: “Vroeger gingen alle vragen via een projectmanager. Met scrum is dat veranderd naar samen overleg hebben, vaste momenten kiezen en één mail met alle vragen van de klant.” Als voorbeeld noemt Charlotte de site voor het Grafisch Lyceum Utrecht. “Daarvoor hadden we de project­manager nauwelijks meer nodig! Die klus hebben we vooral met zijn drieën gedaan: een designer, Nicoline en ik. We zaten toen samen aan een eiland en konden snel werken. Ook omdat de opdrachtgever enthousiast en bereikbaar was.”

Politieglas, maar ook creatielunch

Dat wil niet zeggen dat alles altijd vloeiend gaat. Zo kan het gebruikers­onderzoek beter, of vooral: vaker. Het gebeurt lang niet altijd. De overheid wil het vaak wel graag. Charlotte: “Daarvoor werken we samen met Metrixlab in Rotterdam, dat is echt heel leuk. Je kijkt dan interviews mee van achter 'politieglas', maar ze werken ook met eyetracking.” Voor andere projecten doen Charlotte en haar collega's soms zelf interviews, en tijdens de wekelijkse 'creatielunch' laten collega's aan elkaar zien waar ze mee bezig zijn. Nicoline: “Dan krijg je soms heel lastige vragen, erg leerzaam.”

Ook de onderlinge communicatie kan soms beter, zegt Charlotte. “Soms ben je zo druk bezig met je eigen beeldscherm, dan loop je ergens tegenaan en denk je: dat komt straks wel. Dat vergeet je dan natuurlijk.” Nicoline: “Ik ben wel eens aan het coden en dan doe ik iets anders dan voorgeschreven omdat het dan makkelijker of robuuster is – en dan vergeet ik om aan het team uit te leggen waarom. Als je dat vaak doet, moet je op een gegeven moment heel veel uitleggen. Demo's en sprints maken dat wel een stuk overzichtelijker.”

RSS en eigen bibliotheek

Bijblijven in het vak doen Nicoline en Charlotte vooral online (Nicoline: “Veel RSS-feeds, bijvoorbeeld Smashing Magazine”, Charlotte: “Little Big Details en sites over UX patterns, maar ook over frontend en design”). Er worden ook veel boeken gelezen binnen Rhinofly. Charlotte: “We hebben inmiddels een flinke bibliotheek, daar kun je uit pakken wat je wilt. In ons team, Creatie, hebben we wel eens boeken die je gewoon móet lezen – maar dan heb je maar één exemplaar, dus dat is dan doorgeven.” Nicoline: “De developers hebben een boekenclub, maar dat is echt supertechnisch.” Er is geen vaststaand scholingsbudget, maar over een congres of cursus valt altijd te praten: zo ging Nicoline dit jaar naar Smashingconf in Oxford en volgt Charlotte nu een cursus over de psychologie van de gebruiker.

Altijd wel ergens een speelproject

Verder gaat kennis bijhouden redelijk vanzelf binnen Rhinofly. Nicoline is op dit moment met een paar nieuwe collega's een WordPress-team aan het opzetten. “Kan ik eindelijk eens met iemand anders praten en nieuwe dingen leren.” Verder wordt er veel 'gespeeld' binnen de muren. De skateboardbaan middenin het kantoor is het resultaat van een project om fysiek skaten via een Microsoft Kinect te vermengen met gaming.

Er loopt altijd wel ergens een project. Charlotte: “Binnenkort doe ik mee aan een hackathon met iBeacons. Je mag overal aan meedoen, maar het hoeft niet.” Die ruimte voor persoonlijke projecten is typisch Rhinofly, en daardoor blijven mensen er graag werken. Nicoline: “Ik werk hier nu dertien jaar. Dat zegt wel iets over het 'familiegevoel' hier.”